Op 17 november deed de rechtbank van Den Haag uitspraak in de zaak MH17, het vliegtuig van Malaysia Airlines dat op 17 juli 2014 boven Oekraïne neerstorte en waarbij 298 slachtoffers zijn gevallen. Kolonel Johan Gallant en luitenant-kolonel Frederik Coghe van het departement Wapensystemen en Ballistiek van de Koninklijke Militaire School zijn in maart 2015 door de rechtbank van Den Haag als deskundige in deze zaak aangesteld. Later is ook commandant Elie Truyen, voormalig repetitor van het departement, als deskundige aangesteld.
Hun opdracht was het bewijs leveren dat het vliegtuig neergehaald was door een Buk-missile en de afvuurlocatie van die missile bepalen. Hiervoor hebben ze nauw samengewerkt met het Nederlandse Openbaar Ministerie en het Joint Investigation Team (JIT), samengesteld uit politie en justitie van Nederland, Australië, Maleisië, Oekraïne en België. De deskundigen van de KMS hebben voornamelijk op drie plaatsen gewerkt.
Op de Nederlandse luchtmachtbasis in Gilze-Rijen hielpen ze mee bij de triage van het vliegtuigwrak, waarbij ze verschillende onderdelen van een Buk-missile aantroffen, waaronder een metalen deel in een spant van een vliegtuigraam en een deel van de uitlaat van de missile.
In Malyn (Oekraïne) hielpen ze enkele Buk-missiles ontmantelen om er vervolgens in Pavlovgrad (Oekraïne) arenatesten op uit te voeren. Met een arenatest wordt informatie verzameld over de verscherving van een springlading. Zo een verscherving is karakteristiek voor elk type lading en kan dus als een vingerafdruk van een missile beschouwd worden. De test wordt uitgevoerd door rond een missile getuigenplaten uit hetzelfde materiaal als de romp van het vliegtuig op te stellen en dan de springlading in de missile te laten detoneren. Met deze test kunnen de snelheid en de impactdichtheid van de scherven bepaald worden. Deze resultaten zijn nadien vergeleken met de schade op het vliegtuigwrak, waardoor de stand en de positie van de Buk-missile op het moment van detonatie berekend kon worden. De deskundigen van de KMS hadden de leiding over deze testen in Oekraïne en zijn hierbij ondersteund door het technisch personeel van het labo ballistiek van de KMS.
Op basis van de stand en positie van de missile zijn tenslotte in de KMS zelf de simulaties voor de bepaling van de afvuurlocatie uitgevoerd.